Boeklezers.nl is a network for social reading. We help readers discover new books and authors, and bring readers in contact with each other and with writers. Read more ».
Jit Narain Prijs
Er moet een 'Jit Narain Prijs' uitgevaardigd worden. Jit Narain hoeft geen staatsliteratuurprijs of welke prijs te ontvangen om te bevestigen dat hij een grootdichter is. Degene die een greintje verstand van poëzie heeft weet dat Narain een plek bovenin de eregalerij van de Surinaamse letteren verdient.
Wie de waarde en betekenissen van taal en woorden kent, weet dat Jit Narain's talent onovertroffen is. De bezige bij heeft zeven dichtbundels geschreven, inmiddels is bij bezig met zijn achtste bundel. Alhoewel hij stellig beweert dat hij geen verlangen meer heeft en dat de taal hem geen woorden reikt, tovert hij de mooiste poëzie en schrijft over zijn diepe verlangen, over dingen die hij niet begrepen heeft. In zijn bundel Agni ke yád, yád ke rákhi schrijft hij over de breuk in de geschiedenis van de contractanten. Behalve dat er een beeld wordt opgeroepen van hun leven (zoals ook in eerdere bundels), bevat deze cyclus ook filosoferende vragen over de verhouding tussen geschiedenis en eigen identiteit. Het is poëzie van een hoog gehalte. Zijn gedichten zijn of vragen of bevestigingen van communicatie naar zijn voorouders toe. De autobiografische inslag is onmiskenbaar, tegelijk hebben de gedichten een strekking die voor 'iedereen' geldt.
Waar in deze as moet ik je te voet vallen.
Hoe kon ik weten dat jij zozeer nodig was.
Wanneer ájá, grootvader al gecremeerd is, komt de dichter tot de realisatie dat hij hem nodig heeft. Hij kon meer van zijn ájá, grootvader geleerd hebben. Ájá, grootvader kon meer verteld hebben. Over het verleden. Over zichzelf. Over het leven. Het zijn niet de grootouders die het dichterschap van Jit Narain hebben bepaald. Het is ook niet de geschiedenis. En niet de liefde.
Het is de pelgrimstocht naar zichzelf: 'wie ben ik?' In tussen de woorden is het stil leest men, voelt men de ragfijne golflengte die de woorden op de lezer overbrengen. Daar is het gebied waar de dichter een andere dimensie raakt. Een golflengte uit zijn onderbewuste pruttelt en wringt naar boven. Heel even wordt het zichtbaar. In de vorm van woorden die emoties oproepen. De woorden lossen op in het niets nadat je het boek dichtgeslagen hebt, maar het gevoel dat je geraakt bent blijft over. Als woorden letterlijk wortels zouden schieten zou Jit Narain zeker een aantal stevige bomen hebben doen ontspruiten uit de grond. Jit Narain wordt, in zijn zoektocht aar zichzelf, twee kanten op getrokken: - historische diepgang - filosofisch begrip Hij onderzoekt zijn plaats in de geschiedenis. De breuken in de geschiedenis, ook en vooral zijn eigen geschiedenis (de immigratie uit India, de dood van zijn ájá (die zelf nog immigrant was), zijn emigratie naar Nederland, zijn terugkeer naar Suriname), probeert hij te helen, om een gevoel van verbondenheid te herstellen of in stand te houden. Zijn filosofische zoektocht is in wezen een verdieping hiervan.
De vragen worden algemener, universeel, existentieel. Wat is leven, wat is tijd, wat doet de mens in zijn levenstijd? Als we zeggen dat hij naar filosofisch begrip streeft, moet 'begrip' wel tussen aanhalingstekens. Het zoeken is belangrijker dan het vinden, de vragen zijn essentiëler dan de antwoorden. Uiteindelijk wordt het zoeken van Jit Narain geschreven literatuur, woorden die je raken omdat ze meer doen dan wat ze zeggen.. Is met dit feit iets afgerond? iets voltooid? Nee, want genezing hebben de woorden niet gebracht. Maar ze hebben het hart in vervoering gebracht en de geest geroerd. Het trekken van mensen van ene plek naar de ander zit in de menselijke natuur, en werd zijn cultuur. Ergens is de mens zich altijd aan het verplaatsen. Nergens in het bijzonder - gewoon op deze Aarde. Er moet een 'Jit Narain Prijs' uitgevaardigd worden. Narain zelf zal er geen behoefte aan hebben. Maar ik wil die wel graag ontvangen.
Arui
vraagt maar weinig
veel meer geeft zij terug
sterk aan / eerst door uitbuiting
nu door motieven / verzwakte
jij bent nog / niet waard
mijn tomanenaanplant / die
de zorg heeft van de kracht
van de juiste geest
met het alert beminnende oog
van de boer
een speelbal
in de Surinaamse / werkelijkheid
Arui
ligt voor / het oprapen
is bescheiden
vraagt om erkenning
zie toch in /dat hij
de aardappel / in al zijn / facetten
op z'n minst / evenaart
zo niet / overtreft (zo niet - overtreft)
Cándani 2001