Book
Het onderwerp van deze uitgave is zowel vanuit theoretisch als vanuit praktisch oogpunt belangwekkend en behoort tot de kern van het wetenschapsgebied Financiering Zekerheden en Insolventie FZI.De auteur behandelt op heldere en systematische wijze een veelheid aan onderwerpen. Behalve een groot aantal meer algemene vraagstukken komen aan de orde de vatbaarheid van vorderingen op naam voor verpanding het bepaaldheidsvereiste ter zake van het object van het pandrecht de verpanding bij voorbaat van toekomstige vorderingen de bevoegdheden van de pandhouder vr respectievelijk na mededeling van het pandrecht zowel in als buiten faillissement van de pandgever diverse verrekeningsperikelen waarmee de pandhouder kan worden geconfronteerd zaaksvervanging of substitutie en geschillen met de debiteur van de verpande vordering.Verdaas volstaat niet met een analyse van het thans geldende recht maar bespreekt ook diverse knelpunten waarmee de praktijk heeft geworsteld of nog worstelt en geeft bij diverse onderwerpen aan of en zo ja in welk opzicht het huidige recht zijns inziens aanpassing behoeft. Daarbij geeft Verdaas blijk van ruime ervaring in en grote kennis van de financieringspraktijk. Op overtuigende wijze pleit Verdaas bovendien voor herintroductie van de figuur van de fiduciaire cessie waaraan anders dan de NBWwetgever veronderstelde ook naast de figuur van het pandrecht nog behoefte bestaat. «
Boeklezers.nl is a network for social reading. We help readers discover new books and authors, and bring readers in contact with each other and with writers. Read more ».
No related books yet.