Ouverture is afkomstig uit de boezem van het Concertgebouworkest. Jaap van Zweden, violist en concertmeester, en Niels Le Large, soloslagwerker, beiden van het ... » 

Ouverture is afkomstig uit de boezem van het Concertgebouworkest. Jaap van Zweden, violist en concertmeester, en Niels Le Large, soloslagwerker, beiden van het Koninklijke Concertgebouw orkest te Amsterdam, bieden de lezer een boeiende verzameling vertellingen over de weg náár en het musiceren óp het concertpodium.

Het is het relaas over de opofferingen die Jaap van Zwedens ouders zich getroostten, de betrokkenheid van zijn excentrieke vioolleraressen en zijn vallen en opstaan als (indertijd) Nederlands jongste concertmeester.

Maar ook soms de vreemde gewoonten van beroemde dirigenten, communicatiestoornissen op het concertpodium en de hilarische situaties die daarvan het gevolg zijn, komen aan bod.

Jaap van Zweden mag zich in een steeds grotere schare fans voor zijn wereld van de klassieke muziek verheugen. De beginnende muziekliefhebber leest dan ook op welke wijze hij of zij zich het best kan voorbereiden op een concertbezoek, en leert dat imponeren in de muziek iets anders is dan intimideren. Bovenal echter, ademt Ouverture de overtuiging dat het Koninklijk Concertgebouworkest er door en voor het volk is. Want hoe het in de Amsterdamse volksbuurten was, waar beide musici/auteurs hun eerste muzieknoten speelden, zijn zij niet vergeten. Vooral hierin vond Jaap van Zweden in Niels Le Large niet alleen een soort- en een bondgenoot, maar bovendien een waarnemer die vanaf zijn hoge positie achter op het concertpodium, de strijd om de muzikale volwassenwording van Jaap van Zweden observeerde en registreerde. «