Praktische antwoorden. Wat elke stichtingbestuurder echt wil (moet) weten.
Wat is de rol van de voorzitter, de secretaris, de penningmeester, de gewone b... » 

Praktische antwoorden. Wat elke stichtingbestuurder echt wil (moet) weten.
Wat is de rol van de voorzitter, de secretaris, de penningmeester, de gewone bestuurder, praktische antwoorden in een compleet boek.
Bent u altijd aansprakelijk als stichtingbestuurder? Wat is het verschil tussen een huishoudelijk reglement en statuten? Mr. drs. E Ebels is adviseur en ervaren stichtingbestuurder, ze heeft duidelijk en prettig leesbaar opgeschreven wat u als stichtingsbestuurder moet weten.Uit de vragen die veel startende en ervaren bestuurders hebben bleek dat er behoefte was een leesbaar boek waarin alles over het besturen van een stichting besproken wordt.

Er zijn minstens zoveel verschillende stichtingbestuurders als er stichtingen zijn (130.000). Van de stichting Kinderdagverblijf Appelscha tot de Nederlandse Omroep Stichting. Toch hebben alle bestuurders ook veel gemeen, ze hebben rechten, plichten en verantwoordelijkheden en ze zijn aansprakelijk voor het reilen en zeilen van hun stichting. De wet geldt voor alle stichtingbestuurders en ook op het gebied van de formaliteiten maakt het weinig uit of je een stichting met een kapitaal van tien euro bestuurt of een stichting met een kapitaal van tachtig miljoen.

Om dit boek leesbaar te houden heeft de redactie verschillende mensen geïnterviewd, een notaris, iemand van de belastingdienst, een ervaren stichtingbestuurder en een accountant. De vraag die deze mensen kregen was steeds hetzelfde, “wat moet een stichtingbestuurder echt weten” de tweede vraag was “waar moet hij voldoende van af weten om uit te besteden.” Hierdoor is het boek vooral een praktische handleiding voor stichtingbestuurders geworden.

“Wat elke stichtingbestuurder echt moet weten” behandelt alle onderwerpen die voor stichtingbestuurders belangrijk zijn. Als u dit boek heeft gelezen weet u alles wat u moet weten over het besturen van een stichting. Wat belangrijker is, u weet ook wanneer u deskundige hulp moet inroepen, u weet wat u niet weet en dat is ook wat waard.

Voorwoord 5
Inleiding 7
1. Een stichting en haar bestuur
2. Het besturen van een stichting
2.1 Het (behoorlijk) besturen van een stichting
2.2 Verantwoordelijkheid voor de financiële situatie stichting
2.3 Uitgaven en inkomsten van de stichting
2.4 Het vertegenwoordigen van de stichting
2.5 Taakverdeling binnen het bestuur
2.6 Besluitvorming
2.7 Bestuursvergaderingen
2.8 Aansprakelijkheid van de stichting en haar bestuur
3. Het oprichten van een stichting
3.1 Oprichting van een stichting
3.2 De statuten van een stichting
3.3 Het bestuur en toezicht op het bestuur
4. De stichting en belastingen
4.1 Het successie- en schenkingsrecht
4.2 Het recht van successie
4.3 Loonbelasting en sociale premies
4.4 Vennootschapsbelasting
4.5 Omzetbelasting
5. De stichting en personeel
5.1 Uitbesteden aan een (ander) bedrijf
5.2 Uitbesteden aan freelancers
5.3 Werken met uitzendkrachten
5.4 Werken met gedetacheerden
5.5 Werken met stagiaires
5.6 Werken met personeel
5.7 De stichting en vrijwilligers
6. Het beëindigen van een stichting
6.1 Het ontbinden van een stichting
6.2 Het omzetten van een stichting naar een BV
Dankwoord
Literatuurlijst
«