Tien procent van de Nederlandse bevolking is inmiddels van niet-westerse afkomst. Die multiculturaliteit heeft ook consequenties voor de gezondheidszorg. Want m... » 

Tien procent van de Nederlandse bevolking is inmiddels van niet-westerse afkomst. Die multiculturaliteit heeft ook consequenties voor de gezondheidszorg. Want migranten hebben niet altijd dezelfde ziekten als autochtonen en ook maken ze niet op dezelfde manier gebruik van de aangeboden zorg. Diverse etnische groepen verschillen onderling in gezondheid en gezondheidsbeleving. Er is nog veel onduidelijk over de oorzaken van zulke verschillen. Wil de zorg in Nederland voor alle etnische bevolkingsgroepen een gelijke kwaliteit en toegang hebben, dan is daar meer en vaak gedetailleerde kennis voor nodig. Het onderzoeksprogramma Cultuur en Gezondheid van ZonMw heeft in de afgelopen jaren enkele tientallen wetenschappelijke studies naar de relatie tussen etniciteit en gezondheid laten uitvoeren. Daarin staan vragen centraal als: waarom leven Marokkaanse mannen langer dan autochtone mannen? Gaan migranten vaker naar de dokter? Wat stellen Surinamers zich voor bij een goede zorg voor ouderen? Hoe komen mensen met een Afrikaanse etnische achtergrond aan zo'n hoge bloeddruk? En waarom hebben Turkse meiden vaker een depressie? De onderzoeken leveren verrassende nieuwe kennis over de gezondheid van en zorg voor allochtonen in Nederland. Deze studie maakt deel uit van het NWO-onderzoeksproject naar 'Sociale Cohesie'. Dit project heeft als doel de vele vragen ten aanzien van de multiculturele en pluriforme samenleving in een nieuw perspectief te plaatsen en een beantwoording ervan naderbij te brengen. «