Book
Dit proefschrift bestudeert de vereisten van rechterlijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid zoals deze zijn neergelegd in artikel 6 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). Deze problematiek staat de laatste tijd volop in de aandacht van media, politiek, wetenschap en - niet in de laatste plaats - advocatuur en rechterlijke macht zelf. Dit blijkt ook uit de recente aandacht naar aanleiding van de op 15 maart jongstleden verschenen Leidraad Onpartijdigheid van de NVvR. Het proefschrift staat stil bij enkele vraagstukken die ten aanzien van de Nederlandse rechterlijke macht actueel zijn: de toekomst van de Raad van State, het gebruik van rechter-plaatsvervangers, (politieke) nevenfuncties van rechters, religieuze uitingen van rechters, de wenselijkheid van uitlatingen van de zijde van politici op individuele rechtszaken, et cetera. Er is een toenemende belangstelling waar te nemen voor kwesties die gerelateerd zijn aan de onafhankelijkheid, onpartijdigheid en integriteit van leden van der echterlijke macht. Eén van de belangrijkste toetsingskaders in dit verband is artikel 6 EVRM. In discussies over rechterlijke onafhankelijkheid en onpartijdigheid wordt dan ook vaak verwezen naar artikel 6 EVRM. Maar wat vereist dit artikel eigenlijk precies van nationale rechterlijke autoriteiten? Het boek probeert hierop een antwoord te geven aan de hand van een analyse van de Straatsburgse rechtspraak. «
Boeklezers.nl is a network for social reading. We help readers discover new books and authors, and bring readers in contact with each other and with writers. Read more ».
There are no reviews for this book yet.